Een training bestaat uit verschillende onderdelen. Onder trainingsopbouw verstaan we de volgorde en samenhang van deze onderdelen en staat we stil bij wat er belangrijk is per onderdeel en wat je beter wel/niet kunt doen.
Inhoudsopgave
Praatje voor de training (5 min)
Voor het teamgevoel is het belangrijk om de training met elkaar te starten. Dit kun je het beste doen door te beginnen met een kort praatje wanneer iedereen er is. De volgende punten kun je in dit praatje meenemen:
- Terugblik vorige training/wedstrijd
- Vertellen wat het doel van de training is.
- Polsen hoe iedereen er bij staat
- Last van (spier)pijn
- Slecht geslapen
Warming-Up (15 min)
De warming-up heeft als doel de spieren goed op te warmen, om zo blessures te voorkomen. Een goede warming-up kan al in 10 minuten.
Klik hier voor oefeningen en meer informatie.
Kern 1 (30 min)
Bedoeld voor het aanleren van nieuwe technieken, tempo ligt lager.
Meer informatie:
- Wat is een goede oefening?
- Hoe leg ik een oefening uit?
- Verschillende technieken en bijpassende oefeningen
- Wanneer moeten ze wat kunnen?
Kern 2 (30 min)
Bedoeld voor het verbeteren van wat ze al kunnen. Het tempo ligt hoger en het doel van de oefening wordt vaak gecombineerd met de actie er voor en een actie er na. Ook een partijtje, in welke vorm dan ook, is onderdeel van Kern 2.
Cooling Down (5 min)
De cooling down wordt gedaan om de herstelperiode te verkorten. Een goede cooling down hoeft maar 5 minuten te duren en kan bijvoorbeeld bestaan uit het even rustig uitlopen.
